De recente aanname van de gewijzigde Wet op de Staatsschuld markeert een belangrijk moment voor Suriname. Wat door de regering wordt gepresenteerd als een noodzakelijke “technische aanpassing” om begrotingsruimte te creëren, lijkt in de praktijk op een vrijbrief opnieuw te lenen, zonder duidelijke garanties voor structureel herstel.
DNA-lid Asiskumar Gajadien (VHP) sloeg in het parlement terecht alarm. Volgens hem dreigt de geschiedenis zich te herhalen. Tussen 2014 en 2019 steeg de staatsschuld van 27 naar ruim 100 procent van het bruto binnenlands product (BBP), met als gevolg devaluatie, inflatie en verarming van brede lagen van de bevolking. “De munt kelderde, de reserves verdampten en de bevolking betaalde de prijs,” herinnerde hij.
De nieuwe wet bevestigt de overschrijding van het schuldplafond en biedt de regering de ruimte, nieuwe schulden aan te gaan voor begrotingsfinanciering. Op papier klinkt dat pragmatisch, maar in de praktijk betekent het dat Suriname wederom leent om lopende uitgaven te dekken, niet om te investeren in groei. Gajadien’s waarschuwing dat leningen alleen productief moeten worden aangewend, bijvoorbeeld voor infrastructuur en duurzame ontwikkeling, is dus geen overbodige luxe.
Wat extra zorgen baart, is de verlenging van de termijn voor schuldnormalisatie van 2028 naar 2036. Een periode van elf jaar waarin de schuld langzaam zou moeten teruglopen tot 60 procent van het BBP is onrealistisch lang, economisch riskant en onverstandig. Daarmee wordt de verantwoordelijkheid doorgeschoven naar volgende regeringen, terwijl de huidige vrij spel krijgt.
President Chandrikapersad Santokhi heeft in eerdere toespraken eveneens gewaarschuwd de fouten van het verleden niet te herhalen. Ook hij benadrukte dat Suriname moet leren uit de periode van overmatige schuldenopbouw en moet kiezen voor stabiliteit, transparantie en productiegerichte investeringen. Zijn oproep sluit naadloos aan bij de bezorgdheid die Gajadien in het parlement heeft geuit.
De regering lijkt bovendien te rekenen op toekomstige olie-inkomsten als onderpand voor nieuw krediet. Dat is pure speculatie. De olieprijzen zijn grillig, de productie onzeker en de opbrengsten zeker nog niet gegarandeerd. Schulden maken op basis van geld dat nog niet is verdiend, is geen beleid maar gokken met de toekomst.
Gajadien’s oproep om jaarlijks concrete reductiedoelen vast te stellen, is een stap in de juiste richting. Transparantie, discipline en meetbare resultaten, zijn de enige manier, om het vertrouwen van de samenleving en investeerders te behouden en stimuleren.
Het is nu aan de regering om te bewijzen, dat deze wetswijziging niet opnieuw de poort opent naar ongeremd lenen, maar de eerste stap is naar verantwoord financieel beheer. Want één ding is zeker, Suriname kan zich geen herhaling van het schuldenverleden veroorloven.
The post SURINAME MAG NIET OPNIEUW IN SCHULDENVAL LOPEN ..
- Eensgezindheid bij aanname Wet op Staatsschuld..
- Negende wijziging Staatsschuldwet kamerbreed goedgekeurd..
- Hoofdkapitein Lesina: erkenning woongebieden marrons en tri…..
- Coalitieleden: Leningen moeten niet voor consumptie gebruik…..
- EBS ontkennen onrechtmatige toeëigening van masten: ‘Alle d…..
- VSB ziet strategische lijnen in eerste jaarrede president..
- Nieuwe impuls voor landbouwonderwijs door samenwerking LVV …..
- Directeur en onderdirecteuren Melkcentrale gearresteerd weg…..
- Aanhouding directeur en onderdirecteur administratieve dien…..
- President en COL in overleg..
- LVV en PTC bundelen krachten tegen tekort aan agrarische va…..
- De olie- en gasmigratiestroom..
- Directeur en financieel medewerker Melkcentrale in verzeker…..
- Het staatshoofd nodigt 22 staatshoofden voor viering onafha…..
- 38.524 rechtszittingen in het jaar 2025..
- Finabank behoudt sterke kredietwaardigheid volgens CariCRIS..
- Directeur en 2 onderdirecteuren Melkcentrale in verzekering…..
- Simons voert constructief gesprek met COL..
- Deutsche Bank verkent samenwerking met Suriname voor ontwik…..
- Ravenberg: vervalste en hergebruikte SBB-labels bij houten …..
- Deutsche Bank onderzoekt samenwerking met Suriname voor int…..