Zestien zelfmoorden

ZESTIEN KEER HEEFT iemand zichzelf tussen juli en september van het leven beroofd. Dat blijkt uit kille cijfers die het Korps Politie Suriname deze week bekend heeft gemaakt. Ze waren vermeld in de ‘criminaliteitscijfers’ over die periode, waarbij ook het aantal levensberovingen (vijf), gewelddadige overvallen (36) en inbraken (524) is vermeld. Alsof zelfmoorden daar mee zijn te vergelijken. Het zegt heel veel over de wijze waarop het korps tegen deze zelfdodingen aankijkt: het zijn vooral statistieken die in een rapport thuishoren.

En zo kijkt een groot deel van de samenleving er klaarblijkelijk ook tegenaan. Als er iemand van de Bosjebrug springt, zich op een achtererf verhangt of met een auto doelbewust de Saramaccarivier inrijdt, is dat even nieuws dat het liefst ‘enthousiast’ wordt gedeeld op sociale media. De nabestaanden worden hooguit sterkte toegewenst ‘in deze moeilijke dagen’ en indien daar aanleiding toe is, wordt er druk gespeculeerd over wat iemand tot deze rigoureuze daad heeft gedreven. Maar daarna gaan de meeste mensen weer over tot de orde van de dag en is het ‘incident’ snel vergeten.

De samenleving moet gaan beseffen dat dit niet normaal is en dat het probleem alleen kan worden bestreden als ze serieus oor heeft voor de medemens met mentale klachten

Suriname staat al decennia in de top van de wereld als het om het aantal zelfmoorden gaat. Echter, de suïcidegevallen die slagen zijn vermoedelijk slechts het topje van de ijsberg; iedere week melden zich bij de Spoedeisende Hulp van de verschillende ziekenhuizen mensen die een – al dan niet halfslachtige – poging hebben gedaan om zichzelf van het leven te beroven. In de meeste gevallen willen ze dat niet echt en is het vooral een schreeuw om hulp én aandacht.

Soms gaat het alleen om zelfbeschadiging, wat vooral onder kinderen vaak voorkomt. Bijvoorbeeld doordat zij zich met glas snijden. Dat is op zich niet levensbedreigend, maar moet wel goed worden aangepakt om de aanleiding te achterhalen. Anders gaat het van kwaad tot erger en kan het uiteindelijk tot fatale gevolgen leiden. Hoewel dat in de zorg meestal adequaat wordt opgepakt, wordt dit helaas in de eigen omgeving vaak niet altijd onderkend en wordt gedacht dat ‘het wel over zal gaan’.

De rol van de media bij het voorkomen van zelfdodingen en vooral de preventie mag ook zeker niet worden onderschat. Onderzoeken in Europa hebben uitgewezen dat iedere berichtgeving over een zelfmoordgeval weer tot nieuwe suïcidepogingen leidt. Door intensieve bewustwordingscampagnes van onder meer de Wereld- en Pan-Amerikaanse Gezondheidsorganisatie en diverse serviceclubs hebben de meeste Surinaamse mediahuizen zich er inmiddels aan gecommitteerd om in te zetten op preventie en de sensatie achterwege te laten. Helaas, daarmee worden de sociale mediakanalen niet bereikt.

Alle maatregelen ten spijt, neemt het aantal gevallen van suïcide niet af en zijn er het voorbije kwartaal zestien families in diepe rouw gedompeld. De samenleving moet gaan beseffen dat dit niet normaal is en dat het probleem alleen kan worden bestreden als ze serieus oor heeft voor de medemens met mentale klachten. En niet door alleen maar ‘ooohhh’ en ‘aaahhh’ roepen als de politie heel koud de suïcidecijfers presenteert.