Rellen in Den Haag: ruiten kantoor oppositiepartij ingegooid en politieauto in brand gestoken

In het centrum van Den Haag is het D66-partijkantoor zwaar beschadigd geraakt nadat relschoppers de ruiten hadden ingegooid en een container in brand staken. De ongeregeldheden volgden op een uit de hand gelopen anti-immigratie-demonstratie op het Malieveld, waar duizenden actievoerders zich hadden verzameld.
Rond het middaguur kwamen naar schatting 1500 mensen bijeen om te protesteren tegen het asielbeleid en het tekort aan woningen. Hoewel de demonstratie was aangemeld en toegestaan op het Malieveld, koos een deel van de menigte ervoor de snelweg te blokkeren. Dit leidde tot felle confrontaties met de politie.
Confrontatie escaleert
Volgens de politie werden agenten bekogeld met stenen en flessen. Een politieauto werd in brand gestoken, waarop de Mobiele Eenheid, een speciale politie-eenheid, traangas inzette en een waterkanon gebruikte om de relschoppers uiteen te drijven. Op beelden is te zien hoe actievoerders vuurwerk afstaken en zwaaiden met Nederlandse vlaggen, maar ook met de oranje-wit-blauwe prinsenvlag, die tegenwoordig vaak door rechts-extremistische groeperingen wordt gebruikt.
Een woordvoerder van D66 liet weten dat er vermoedelijk niemand aanwezig was in het kantoor tijdens de vernielingen. “Het blijft een zorgwekkend signaal dat politieke gebouwen doelwit worden van dit soort gewelddadige acties,” aldus de partij.
De organisator van de demonstratie riep vanaf het podium op om vreedzaam te protesteren en de snelweg niet te betreden. Die oproep werd door een deel van de demonstranten genegeerd. Op het podium werd bovendien een vlag getoond met afbeeldingen van de vermoorde politicus Pim Fortuyn en de Amerikaanse rechts-radicale influencer Charlie Kirk, wat voor veel discussie zorgde.
De politie onderzoekt de vernielingen aan het D66-pand en de brandstichting. Ook wordt bekeken of er gericht actie is ondernomen door extremistische groeperingen die zich bij het protest hebben aangesloten.