Promarman.com tien jaar: Van hobbyist naar professioneel promotor   

door

Niet zonder trots kijkt ondernemer en zakenman Fabian Sijmor terug op zijn carrière tot nu toe in de muziek- en entertainmentwereld. Na jaren Legacy Entertainment te hebben geleid, richtte hij in augustus 2015 Promarman.com – een afkorting van Promotion, Marketing, Management en Communication – op. De naam is bedacht door zijn vrouw Henriëtte.

Tekst Tascha Aveloo

Beeld Young Creator Photography & Privécollectie

De ervaring die Sijmor heeft opgedaan bij Legacy Entertainment is hem in zijn nieuwe bedrijf goed van pas gekomen als basis, hoewel hij de aanpak heeft veranderd. “De ervaring heb ik gebruikt om een commercieel betere en professionelere service op te zetten. We hebben meer dan 75 artiesten lokaal en internationaal begeleid in hun carrière.” De  artiest wordt nu volledig begeleid; vanaf het voorbereiden van het gesprek met de klant tot aan het optreden. De eerste artiest, die hij mocht promoten als Promarman.com, was Ragga Menno.

“De gevestigde klassieke media – radio, kranten en tv – gebruiken, is nog steeds de manier om in onze kleine gemeenschap te scoren met muziek”

In 2015 werd het nummer ‘Parfum’ van Prins Koloni gelanceerd en hij mocht de promotie doen. “Het werd een megahit en was op straat, in winkels, de taxi, op de media te horen en heeft op diverse hitlijsten weken nummer 1 gestaan.”

Sijmor is te Ramgoelam geboren, maar verhuisde als kind naar de Combé en ging na de basisschool naar de technische school. Als tiener was hij groot liefhebber van Surinaamse muziek en kon hij uren van de radiomuziek kopiëren op cassettebandjes. “Later werden het cd’s. Ik maakte mijn eigen verzameling, kopieerde ze op een computer thuis om ze vervolgens te verkopen. Buitenlandse artiesten hadden hun vibe, maar ik was op de één of andere manier vooral geïnteresseerd in Surinaamse muziek, zoals het ritme van Papa Touwtjie, Reïnforcement en anderen van die tijd.”

Legacy geboren

Hij ging onder meer naar Touché, Millennium, The Box en shows in NIS om te swingen en genieten van de sranan poku vibes. “Je luistert naar die muziek. Je liefde ervoor groeit en dan kom je mensen tegen die ermee bezig zijn, zoals Lauw Boy (Rouël Immanuël), die nu in de VS woont. Hij had talent, maar dat alleen was duidelijk niet genoeg. Ik was ongeveer zeventien en best een serieuze tiener en zo merkte ik dat er structuur moest komen in hoe Lauw Boy zijn carrière opbouwde.”

Hij kwam bij Sijmor op de kamer oefenen. “Ik kon de muziek digitaal opslaan.” Steeds meer jonge artiesten sloten zich aan. “Ik probeerde beats te maken en de anderen ervan te overtuigen dat we meer moesten doen om ons niveau hogerop te tillen.”

Prijor is zijn moeder dankbaar dat zij hem de gelegenheid bood om in zijn kamer bezig te zijn. “Ik zat daar achter mijn bigi bere pc en de jongens zaten op mijn bed. Mijn moeder zei: ‘in plaats van dat ze op straat domme dingen gaan doen laten ze hier in mijn huis met iets constructief bezig zijn’.”

Samen met enkele van die rappers startte hij de eerste groep. De eerste stap in de ontwikkeling van de hiphop-industrie, was het opzetten van een eigen show. “We hebben flink geoefend om een act te hebben, met moves en genoeg nummers.” Met een act was het mogelijk om producers van shows te benaderen voor optredens.

Lauw Boy bezocht diverse hiphop events in Game Gallery, die toen was gevestigd aan de Lalla Rookhweg. “We zijn samen gaan kijken en via hem kwam ik in contact met Ori Plet. A man disi no ben vertrouw a tori en ontmoette me op de hoek van de straat waar hij woonde. Ik nam hem toen mee naar huis.”

Al gauw bleek er een klik en besloten ze om samen iets op te zetten. Het gezamenlijke doel toen was vooral om voor hiphopartiesten een podium te creëren. Prijor herinnert zich die dag, alsof het gisteren was. Hoe hij samen met Ori Plet aan het brainstormen was over de vervolgstappen voor de op te zetten organisatie. “Ik had die dag een trui aan waarop ’s stonden van legends als Tupac, Bigi Smalls en Snoop Dogg, met daarover heen het woord Legacy.”

Inmiddels was besloten dat het zou gaan om een entertainment promotie organisatie. “Ori zei toen: ‘we gaan het Legacy Entertainment noemen, omdat we dingen gaan doen die anderen nog niet hebben gedaan en daarmee zorgen voor een nalatenschap’. Dat was de eerste echte stap van muziekliefhebber naar professioneel promotor”, meent Prijor.

Eigen producties

De eerste show werd gehouden in Mosair Pool café aan de Zwartenhovenbrugstraat tegenover Ondro Bon. Er waren rond de tweehonderd betalende bezoekers die voor acht Surinaamse dollar per persoon werden binnengelaten. Er was duidelijk een markt.

De orga moest verder voor de volgende stap, maar er was geen geld. “We waren ambitieus, maar hadden geen kaas van gegeten hoe zaken professioneel en commercieel moesten worden aangepakt.”

Uiteindelijk heeft Ori de opbrengsten van zijn cd ingezet. De groep nam advocaat Audrey Tjin A Djie in de arm en die adviseerde om alles op papier vast te leggen en zich bij KKF in te schrijven als bedrijf. Zij verhuurde de mannen een kleine ruimte die zij gebruikten als kantoor. “We gingen de straat op om cd’s te verkopen. Son dey a ben go en soms was het wat minder maar we hadden een doel voor ogen.”

De volgende stap in de ontwikkeling van de hiphop-industrie, volgens Legacy Entertainment, was dat artiesten voor een show betaald moesten krijgen. “Bij de shows bij Game Gallery kregen de artiesten niets. In die tijd rapten veel artiesten op bestaande beats. We benaderden enkele frisse producers van toen: Preston (beter bekend als Crude) en Tattoo om eigen beats te produceren.”

De artiesten die bij hen waren aangesloten werden verdeeld in twee groepen en die moesten toen gaan werken aan eigen producties met originele beats. Dat leverde ‘The Most Official Legacy Mixtape Vol. 1’ op, waarop rapper Baby G. (Gayl Wondel) toen een hit scoorde met haar  ‘Onbetaalbare dope’. De hiphop events verhuisden naar het iets grotere Mystique aan de Wilhelminastraat. “Daar zou de launch zijn van onze eerste cd, maar toen ontstond er onenigheid tussen de artiesten, waarbij er zelfs is gevochten. Dit heeft ertoe geleid dat ‘deze visie van groter worden’ een vroegtijdige dood is gestorven. Einde Legacy Entertainment.” Het laatste wat nog werd gedaan onder die naam was samen met Ori naar Nederland gaan voor een show. Daarna stopte de samenwerking.

Roer omgegooid

Maar het leven gaat door. Prijor gaf ICT-les op diverse plekken en ontmoette zijn latere vrouw. “De droom, dat gevoel voor muziek bleef hangen. Ik was voortdurend met muziek bezig.” Maar ook artiesten bleven hem benaderen om samen dingen te doen; of het nu ging om beats of hulp bij het ontwikkelen van hun rapstijl. “Toen zei mijn vrouw: ‘je bent niet meer in de muziekwereld, maar je bent er constant mee bezig’. Zij stelde voor dat we er een business van zouden maken onder voorwaarde dat wij er financieel beter van zouden worden.”

Prijor legt uit dat in de Legacy-periode, maar ook daarvoor, het meer investeren was uit eigen zak dan echt verdienen. “Bij Legacy Entertainment maakte ik afspraken voor artiesten om interviews bij de radio of krant te geven, maar ik ging niet met ze mee.”

Sijmor ergerde zich vaak mateloos als hij de gesprekken daarna hoorde of las. “Het leek soms erop alsof ze bedelden om te worden gewaardeerd en hadden vaak niet echt een verhaal ready. Daar wilde ik verandering in brengen. Zo is Promarman.com ontstaan.”

“We waren ambitieus, maar hadden geen kaas van gegeten hoe zaken professioneel en commercieel moesten worden aangepakt”

Trots en waardering

In de afgelopen tien jaar heeft Promarman.com data over elke artiest die ze heeft gepromoot bijgehouden. Hoe ver een poku is gekomen op de hitlijsten, hoe lang het er heeft gestaan, hoe de promotie is aangepakt en het effect daarvan. “We zorgen voor een mooie poster van elke artiest, professionele ’s en videoclips.” Elk jaar werd er een compilatie-cd gemaakt. Promarman heeft ook een aantal artiesten op zijn lijst met Surinaamse roots, die in het buitenland wonen. Eén daarvan is Samora, die in Zwitserland woont. Ze stond als eerste ‘Surinaamse artiest’ bij de Caribbean Music Awards en won de prijs voor ‘Best New Reggae Artist’. “Dat was echt een moment om trots te zijn. Ze heeft voor mij betaald om samen met haar de award in ontvangst te gaan nemen in de VS.”

Volgens de promotor wordt anno 2025 de Surinaamse artiest veel beter gewaardeerd. “Ik denk wel dat sommige Surinaamse media de rol van een professionele promotor niet begrijpen.” Bij sommige radiostations komt hij niet binnen – soms ook vanwege volgens hem de absurde bedragen die worden gevraagd. Maar hij geeft niet op en hoopt dat men de lokale artiest en zijn product steeds meer gaat omarmen. “Social media alleen zijn niet genoeg. Ze zijn slechts onderdeel van het geheel. De gevestigde klassieke media – radio, kranten en tv – gebruiken, is nog steeds de manier om in onze kleine gemeenschap te scoren met muziek.”

Samora betaalde voor haar promotor Fabian Sijmor zodat hij erbij kon zijn toen ze de Caribbean Music Award voor Best New Reggae Artist in ontvangst nam.