Pensioenleeftijd naar 65 jaar hoeft geen probleem te zijn

Het optrekken van de pensioengerechtigde leeftijd van 60 naar 65 jaar hoeft op zich geen probleem te zijn. Bestuurskundige August Boldewijn zegt daar persoonlijk geen moeite mee te hebben. Wel benadrukt hij dat de overheid duidelijk moet aangeven waar het geld vandaan zal komen om de hogere pensioenen te betalen.
Volgens Boldewijn is het goed dat de overheid berekeningen maakt, onder meer van het aantal mensen boven de 60 jaar. Een besluit mag volgens hem niet worden genomen enkel om populair te doen.
In gesprek met LIM FM stelde hij verder dat er voor mensen die na hun 60ste willen doorwerken een regeling kan worden getroffen om een hoger of aanvullend pensioen te verkrijgen. Zulke afspraken moeten volgens hem goed worden uitgewerkt en vastgelegd in de wet.
Voor het ambtenarenapparaat ziet Boldewijn geen directe gevolgen. De impact zal vooral liggen op financieel en monetair vlak, omdat de overheid de middelen ergens vandaan moet halen. Tegelijkertijd merkt hij op dat de overheid juist in een fase van bezuinigingen zit, terwijl nu deze discussie wordt gevoerd.
Boldewijn verwacht dat de kwestie breed bediscussieerd zal worden, omdat er verschillende omstandigheden zijn waarmee rekening moet worden gehouden, zoals het klimaat. Hij benadrukt dat mensen niet gedwongen mogen worden om na hun 60ste door te werken.