Onderminister Beeldsnijder-van Windt: “We zitten in een woningcrisis”

door

Suriname bevindt zich momenteel in een woningcrisis, zegt onderminister van Volkshuisvesting bij het ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting (Sozavo), Daniëlle Beeldsnijder-van Windt. Dat verklaarde zij in het televisieprogramma Mmanten Taki, naar aanleiding van gesprekken die zij de afgelopen periode voerde met burgers en verschillende maatschappelijke actoren.
Volgens de onderminister is de woningnood de afgelopen jaren verder toegenomen. Hoewel er diverse projecten zijn opgezet, sluiten deze niet altijd aan bij de daadwerkelijke behoeften en financiële mogelijkheden van woningzoekenden.
“Wanneer er gebouwd wordt vanuit het eigen perspectief van wat de samenleving zou moeten kunnen betalen, maar niet van wat zij werkelijk kán betalen, dan ontstaat er een kloof,” aldus Beeldsnijder-van Windt.
Voor een deel van de bevolking, met name de middenklasse, boden eerdere overheidsprojecten wel een oplossing. Maar voor een veel grotere groep waren de woningleningen, met rentetarieven rond de zeven procent, niet haalbaar. De huidige regering staat nu voor de uitdaging om dit hardnekkige vraagstuk aan te pakken.
Betaalbare bouwoplossingen
Beeldsnijder-van Windt benadrukt dat er moet worden gekeken naar betaalbare bouwoplossingen voor de sociale klasse, zonder andere groepen uit het oog te verliezen. Veel van de nieuwe plannen zullen worden uitgevoerd in public-private partnership (PPP)-verband.
“Wat de regering aanbiedt, moet aansluiten bij de werkelijke behoefte van de samenleving,” zegt ze. Sommige PPP-projecten hebben in het verleden echter nadelige gevolgen gehad voor burgers die een woning konden betrekken. Door koersfluctuaties raakten velen niet langer in staat hun hypotheekaflossingen te betalen.
“Er is in het verleden te weinig rekening gehouden met de economische realiteit van het land,” stelt de onderminister. “De nieuwe regering neemt deze ervaringen mee om het volk in de toekomst beter te beschermen. Burgers mogen niet in een situatie belanden waarin wonen onbetaalbaar wordt. Het kan niet zo zijn dat trouwe betalers deurwaarders aan hun deur krijgen, enkel door omstandigheden waar zij geen invloed op hebben. Dat zal de overheid niet meer toestaan.”
De onderminister geeft aan dat veel bouwprojecten reeds bouwrijp zijn gemaakt, maar dat de financiering is gestagneerd. Banken die bij eerdere projecten betrokken waren, hebben wel financieringsmodellen voorgesteld, maar volgens haar is de burger bij het opstellen van deze afspraken nauwelijks betrokken geweest.
“Verschillende instanties hebben afzonderlijke deals gesloten met financiers, vaak zonder directe betrokkenheid van de overheid,” legt ze uit. De regering is inmiddels in overleg met de betrokken instellingen. Veel projecten zijn in kaart gebracht en gepresenteerd aan het kabinet. Sommige betalingsverplichtingen worden al nagekomen, waardoor de nadruk nu ligt op de uitvoering.
“Het zal niet lang meer duren voordat de regering daadwerkelijk kan starten met de bouw van nieuwe woningen,” verzekert Beeldsnijder-van Windt. Daarnaast zijn er momenteel ook woningen in aanbouw via het Affordable Housing Project, dat wordt gefinancierd door de Islamic Development Bank. De uitvoering ligt bij de Public Implementation Unit (PIU) van het ministerie. Tot nu toe zijn ruim 900 woningen gerealiseerd.
Oplevering woningen
Het streven is om tegen eind december 2026 een totaal van 3000 woningen op te leveren. Ondanks een lichte achterstand heeft Beeldsnijder-van Windt er vertrouwen in dat de resterende woningen binnen de gestelde termijn worden gebouwd.
Volgens haar vormt de zwakke structuur van enkele instituten binnen de volkshuisvestingssector een belangrijke belemmering voor de uitvoering. “Zolang de instellingen niet sterk genoeg zijn, kan beleid moeilijk worden uitgevoerd,” zegt ze.
Daarom zal ook de PIU worden versterkt om de projecten efficiënter te begeleiden. De onderminister benadrukt dat de uitvoering in de komende periode in verhoogd tempo zal plaatsvinden om de gestelde doelstellingen te behalen.
“De samenleving mag binnenkort oproepen verwachten waarin burgers en bedrijven worden gevraagd bij te dragen aan de realisatie van het woningbouwprogramma,” aldus Beeldsnijder-van Windt. “De target moet gehaald worden.”