De vergeten rol van grondhuurvergoedingen in ons grondbeleid

INGEZONDEN

Hoewel Suriname jaarlijks duizenden hectaren grond uitgeeft, blijft de inning van grondhuurvergoedingen achter. Het gevolg: gemiste inkomsten voor de staat, onbenutte percelen en een grondbeleid dat zijn doel voorbijschiet. Het is tijd om deze vergeten inkomstenbron voor de staat centraal te stellen in het beleid van het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer.

Een land dat beschikt over uitgestrekte gronden en natuurlijke rijkdommen zou verwachten dat het beheer daarvan een stevige bijdrage levert aan de staatsinkomsten. Helaas, in Suriname is dat niet het geval. Terwijl de overheid jaarlijks grote oppervlakten grond uitgeeft voor landbouw, bewoning of commerciële activiteiten, blijft de inning van grondhuurvergoedingen achter. Dit is niet slechts een administratief probleem, maar raakt aan de kern van goed bestuur en verantwoord grondbeleid.

“Zolang de nadruk blijft liggen op uitgifte zonder effectieve inning, verliest de samenleving dubbel: gronden worden niet optimaal benut én de staat mist inkomsten”

De rol van grondhuurvergoedingen

Grondhuurvergoedingen zijn veel meer dan een financiële verplichting. Zij zijn een instrument om verantwoord grondgebruik te stimuleren. Wanneer burgers of bedrijven voor hun perceel een redelijke vergoeding betalen, ontstaat er een prikkel om de grond ook daadwerkelijk te benutten. Onbenutte percelen – die vaak jarenlang braak liggen – betekenen gemiste economische kansen en belemmeren een doelmatige ruimtelijke ordening.

In veel landen worden deze inkomsten ingezet om lokale voorzieningen, infrastructuur of duurzaam landbeheer te financieren. Zo wordt de opbrengst niet enkel een bijdrage aan de staatskas, maar ook een bron voor de ontwikkeling van de gemeenschap. Voor Suriname zou dit betekenen dat inkomsten uit grondhuur bijvoorbeeld geïnvesteerd kunnen worden in betere infrastructuur, landbouwprojecten en de digitalisering van overheidsdiensten.

De uitdagingen in Suriname

Echter, in de praktijk kent Suriname grote problemen bij de inning van grondhuur:

Onvolledige administratie: Het ontbreken van een compleet en actueel percelenbestand maakt het vaak onduidelijk wie formeel verantwoordelijk is voor de betaling.

Niet transparante gronduitgifte: Dubbele of conflicterende uitgiftes van percelen zorgen voor juridische onzekerheid en blokkeren inning.

Onbenutte gronden: Grote oppervlakten uitgegeven grond blijven braak, terwijl gebruikers wel rechten hebben, maar nauwelijks verplichtingen voelen.

Zwakke handhaving: Het uitblijven van sancties voor niet-betalers ondermijnt de geloofwaardigheid van het systeem.

Het resultaat is een vicieuze cirkel: de overheid mist broodnodige inkomsten, de samenleving profiteert onvoldoende van uitgegeven gronden en het vertrouwen in het grondenbeheer neemt verder af.

De rol van het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer

Het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB) heeft als kerntaak het reguleren en beheren van de gronden van de staat. Daar hoort niet alleen uitgifte, maar ook een betrouwbare en transparante inning van grondhuurvergoedingen bij. Een modern grondbeleid kan niet bestaan zonder een degelijk inningssysteem dat:

volledig digitaal werkt en gekoppeld is aan perceelidentificatienummers

transparant is in betaling en registratie, bijvoorbeeld via een online portaal

duidelijke sancties koppelt aan het niet-betalen, zoals intrekking van rechten

bestemmingsplannen hanteert als leidraad, zodat uitgifte en gebruik in lijn zijn met nationale ontwikkelingsdoelen

Als de inkomsten uit grondhuur doelgericht worden ingezet voor publieke voorzieningen, kan GBB een beleidsinstrument creëren dat niet alleen de staatskas versterkt, maar ook economische groei en sociale rechtvaardigheid bevordert.

Een oproep tot koerswijziging

De komende regeerperiode moet het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer de inning van grondhuurvergoedingen tot een prioriteit maken. Zolang de nadruk blijft liggen op uitgifte zonder effectieve inning, verliest de samenleving dubbel: gronden worden niet optimaal benut én de staat mist inkomsten.

Het is tijd dat Suriname kiest voor een volwassen en duurzaam grondbeleid, waarin het gebruik van grond wordt gekoppeld aan verantwoordelijkheid en waar inkomsten uit grondhuur zichtbaar terugvloeien naar de samenleving. Alleen zo kan grondbeleid werkelijk de motor worden van economische ontwikkeling en een fundament voor sociale vooruitgang.

Niel Kalpoe (voorzitter Vereniging van Landmeters in Suriname)

De redactie van de Ware Tijd stelt lezers in de gelegenheid stukken in te zenden ter publicatie. In principe worden alle ingezonden artikelen opgenomen, tenzij de inhoud schadelijk, kwetsend of beledigend is voor derden. Stukken die worden geplaatst komen niet noodzakelijkerwijs overeen met de mening van de Ware Tijd. De redactie behoudt zich het recht voor om stukken niet te plaatsen, of in te korten of te redigeren zonder dat die uit hun context worden gehaald.