Blijven schijnen

KEVINS KIJK / Kevin Headley

Ik had er een maand voor gespaard: Nike-gympen. Zwart met rode strepen, luchtkussens onder de hielen. Ik kocht ze bij Casa Barata Junior aan de Weidestraat. Thuis zat ik uren te kijken naar de pata’s. Ik kon niet geloven dat het me gelukt was: mijn eigen Nike.

Laat me uitleggen waarom dat zo bijzonder was. Mijn moeder moest elk dubbeltje omdraaien. We konden ons alleen onbekende merken veroorloven. Ik leerde dat je tevreden moest zijn met weinig. Maar probeer dat maar eens uit te leggen aan een tiener die op school ziet hoe merkpata’s status geven. Wie erbij wilde horen, droeg Nike!

“Je kunt niet altijd voorkomen dat dingen je worden afgenomen, maar je kunt wel weigeren om in de slachtofferrol te blijven hangen”

Dus toen ik eindelijk parttime kon werken, legde ik geld opzij. Voor dat ene doel. De dag dat ik genoeg had, stond ik al vroeg in de winkel. Eenmaal thuis wilde ik alleen maar kijken, aanraken, ruiken. Het was meer dan status – het was mijn eigen kleine overwinning.

Ik was zuinig op ze. Ik kocht zelfs een schoenenrek om ze netjes naast mijn bed te zetten, onder het raam. Twee keer droeg ik ze, bij uitjes. Ze liepen heerlijk, en gaven me trots. Tot die dag….. Ik kwam thuis van school, het raam stond opengewrikt – het rek was leeg. Mijn Nike was weg.

Ik geloofde het eerst niet en dacht dat mijn moeder ze misschien had verplaatst, maar het lege rek staarde me onheilspellend aan. Ik voelde de koude tocht van het open raam langs mijn gezicht. Alsof de ruimte zelf getuige was van de diefstal. Ik huilde, dagenlang. Ik was boos, teleurgesteld en machteloos.

Het voelde alsof iemand niet alleen mijn schoenen had gestolen, maar ook mijn succes, mijn trots, mijn plaats in de wereld. Elke keer dat ik iemand met Nike zag, dacht ik: zijn dat de mijne? Wat ooit symbool stond voor stijl, was nu een bron van pijn. Iemand had bepaald dat ik mijn schoenen niet verdiende. Dat ze beter aan hem of haar toebehoorden. En ik kon niets doen.

Jarenlang durfde ik geen dure schoenen meer te kopen – zeker geen Nike – uit angst dat ze opnieuw gestolen zouden worden, maar ook omdat ik dacht: misschien verdien ik ze niet. Ik liep op goedkope schoenen, maar eigenlijk liep ik vooral op twijfel en schaamte.

Maar wie bepaalt dat eigenlijk wat jij verdient? Anderen of jijzelf? Langzaam veranderde mijn verdriet in veerkracht. Ik liet me niet langer beroven van mijn trots. Je kunt niet altijd voorkomen dat dingen je worden afgenomen, maar je kunt wel weigeren om in de slachtofferrol te blijven hangen.

Dat besefte ik jaren later. We leven in een wereld die vaak donker is, waar lichtjes snel worden gedoofd. Maar de uitdaging is juist om te blijven schijnen. Om te blijven bouwen, ook als muren instorten. Om te blijven planten, ook als gewassen worden weggerukt.

Soms lijkt het makkelijker om te stoppen, maar dan geef je de dief gelijk. En dat is het laatste wat ik nog zo iemand gun, als die mijn Nike heeft gestolen. Nike zegt het eenvoudig maar krachtig: Just do it. Daarom ben ik het merk altijd trouw gebleven.

headleydwt@gmail.com